Le Pourtal Fort De St Jean Dalcasot Millau Grands Causses A. HumbertLe Pourtal Fort De St Jean Dalcasot Millau Grands Causses A. Humbert
©Le Pourtal Fort De St Jean Dalcasot Millau Grands Causses A. Humbert|@AlexEvil12

Fort Saint-Jean d'Alcas

Het fort van een dame

Met uitzondering van het Circuit Larzac Templier Hospitalier!

De hausse

een nonnenabdij

Het dorp Saint Jean d’Alcas, dat al in 1153 in teksten wordt genoemd, bestond in die tijd alleen uit de “Mas d’Olcas”, bestaande uit een paar huizen, en de kerk gewijd aan Saint-Jean Baptiste. “Olcas” betekent akkerland en is daarom geschikt voor landbouw en veeteelt in het bijzonder.

In 1170 en 1196 werden de kerk en Mas d’Olcas eigendom van de Cisterciënzer priorij van Nonenque, gelieerd aan Sylvanès. Deze priorij, gelegen in de Annou-vallei, verwierf veel grond en haar belang was zodanig dat ze een onafhankelijke abdij werd. In feite werd de abdis van Nonenque, als beheerder van de bezittingen van de abdij, de heer van het dorp.

Er werd een netwerk van kloosterschuren opgezet en beheerd door Nonenque. In 1257 waren er 7 verschillende schuren, Caussanus, Massergues, Caussanejouls, Mas Andral,…

Het aantal nonnen dat in de abdij woonde was vrij groot omdat in hetzelfde jaar de priorij van Saint-Sulpice-la-Pointe in de Tarn werd gesticht, afhankelijk van Nonenque.

Deze rijke landerijen trokken vaak de begeerte van de vele naburige heren aan.

Een charme

authentiek

Dit cisterciënzer dorpsfort is van een zeldzame authenticiteit. Met zijn harmonieuze proporties, vredige charme en prachtige uitzicht op de uitlopers van de Larzac is het zeker een bezoekje waard als je in Roquefort bent, na je maaltijd in het fort, of als je de Abdij van Sylvanès bezoekt.

Van de schuilplaats naar de wallen

Vroeg in 1356 gaf de abdis van Nonenque (heer van de plaats) op verzoek van de bevolking toestemming voor de verhoging van de kerk om er een schuilplaats aan toe te voegen, zodat de dorpelingen zich daar konden verschansen tijdens deplundering van de Honderdjarige Oorlog.

Stapsgewijs voldeed de schuilplaats niet meer en al in 1439 werd besloten tot de bouw van vestingwerken die weer tegen de kerk aanleunden.
4 jaar later werd het Fort Saint-Jean-d’Alcas voltooid.

Met een hoogte van iets meer dan 10 meter en een dikte van meer dan 1,50 meter hebben de truckers en vilders die de Larzac plunderden het fort nooit belegerd.
De vestingmuren liepen over de hele lengte van de versterkte ommuring. Tijdens uw bezoek zult u zelfs een deel van de ommuring in de bovenste kamers aantreffen.

Sluiten